Op zo’n twee kilometer van het dorp Marken staat aan het Markermeer een vuurtoren, vanwege zijn uitzonderlijke vorm ook wel het Paard van Marken genoemd. Tot acht jaar geleden werd de toren bewoond door een vuurtorenwachter met zijn gezin, maar sinds Rijkswaterstaat het lichtsysteem volledig heeft geautomatiseerd is de functie van vuurtorenwachter opgeheven. Thijs en Liliane Spijker zijn enkel nog bewoners.
Vuurtoren
te huur
‘Zes jaar geleden zette
Rijkswaterstaat de toren na een
renovatie te huur. Per ongeluk ging dat
bericht de hele wereld over. Persbureau
Reuters pakte het ook op. Ik heb boven
nog een artikel liggen van iemand uit
Chili die hier wel wilde wonen. 360
mensen reageerden. Van hen wisten 350
duidelijk niet waaraan ze begonnen. Drie
werden uitgekozen voor een gesprek, wij
waren de derde. Om half twee waren wij
aan de beurt. Die man van
Rijkswaterstaat vroeg ons om het gesprek
voort te zetten in een café, maar dat
wilden wij niet. Marken is een dorp, dus
daarover zou worden gepraat. We hebben
ze meegenomen naar ons huis om te laten
zien wie wij zijn. Na een week, toen we
nog niks hadden gehoord, hebben we maar
eens gebeld. Bleek dat ze nog voor ze de
straat bij ons waren uitgereden, al
hadden besloten dat wij het zouden
worden.’
Klussen
‘Toen we hoorden dat we er mochten
wonen, was er even paniek. De vuurtoren
was uitgewoond. Van buiten was het
opgeknapt, maar van binnen niet. We
kregen veel hulp van vrienden. Ik werkte
destijds bij de Autoriteit Financiële
Markten en zelfs de directieleden kwamen
klussen. Iedereen wilde wel helpen. Dat
zal ook wel zijn geweest omdat het hier
zo’n bijzondere plek is. Zo konden ze
even komen kijken.’
Gas,
stroom & water
‘Na zes weken trokken we erin en
toen begon de ellende pas. Er was geen
gas, geen water en geen stroom. Eerst
bedacht ik om een waterput te slaan,
maar dat bleek niet te kunnen. Toen
wilde ik een watermaker die zeewater
omzet in drinkwater, maar die was veel
te duur. Uiteindelijk heb ik plastic
tanks op een wagen gezet met een tractor
ervoor. Zo ging ik bij een vriend uit
het dorp water halen. Dat doen we nu nog
steeds. Elke 3 tot 4 weken haal ik 3000
liter op en die breng ik hier tot aan
het hek. Via een 150 meter lange slang
gaat het naar de toren en daar pompt een
motor het in de opslagtank onder de
vuurtoren. We hadden in het begin ook
veel problemen met de generator. Alle
apparatuur staat op 50 Hertz. De
generator die er stond, begreep dat niet
waardoor alles kapot ging. De wasmachine
ontplofte, net als de televisie en
uiteindelijk ook mijn vrouw. Na een jaar
kregen we een nieuwe generator, en sinds
een jaar hebben we goeie accu’s,
opladers en omvormers. Gas komt uit
flessen. We hebben een dieselkachel maar
die is vrij kostbaar vanwege de dure
diesel. De houtkachel is daarom de
hoofdverwarming. Elke winter verstoken
we zo’n 20 kuub hout. Maar dan is het
ook warm hoor, dan zitten we met open
ramen.’