|
MARKEN – De
gemeente Waterland in Noord-Holland is een beetje van slag. Open water
is er in de gemeente, waar ook het eiland
Marken onder valt, namelijk amper nog te
vinden. IJs des te meer. En als straks de dooi echt inzet, zal het
kruiende ijs op de kusten beuken. De rekening van een strenge winter is
hier hoog.
Niet schaatsen op de Gouwzee, het ijs is onbetrouwbaar, roepen
waarschuwingsborden langs de weg al vóór Monnickendam. Maar in Nederland
werkt zo’n waarschuwing natuurlijk averechts. Al direct langs de dijk
van de Gouwzee staan tientallen auto’s schots en scheef in de berm
geparkeerd. Even klauteren en dan is er vanaf de kruin van de dijk een
adembenemend zicht op een poollandschap dat tot de horizon reikt.
Onbetrouwbaar is het ijs. Het zal waar zijn. Maar schaatslustigen
trekken, kromgebogen, in lange slierten richting de einder.
Het afgelopen weekend vielen hier gewonden omdat er wakken en scheuren
in het ijs zitten. Verraderlijke gaten onder een dun laagje ijs. Experts
voorspellen zelfs dat het ijs op de Gouwzee binnen niet al te lange tijd
zal scheuren. En je zou dan maar net een paar kilometer van de wal zijn.
Om over mogelijk snel opkomende mist nog maar niet te spreken.
Kruiend ijs
Iets verder is er de dijk naar het vroegere eiland Marken. Links de
Gouwzee en rechts het Markermeer. En zo druk als het op de Gouwzee is,
zo stil is het op het dichtgevroren Markermeer. Een waterig
februarizonnetje doet de besneeuwde ijsvlakte stralen. Blauwe lucht,
witte sneeuw. Aan de kant al wat op elkaar geschoven ijsschotsen.
Resultaat van een dooidag. Want zo gauw als de temperatuur flink boven
nul komt en er ook nog wat wind staat, gaat het ijs werken. Kruien, heet
dat voor kenners.
Heel in de verte is in dit witte poollandschap de vuurtoren van Marken
te zien. Het Paard van Marken, heet de toren uit 1839 in de volksmond.
Dat komt door z’n karakteristieke vorm: een 16 meter hoge toren met
eraan vastgebouwd een woonhuis. Met enige fantasie is er de vorm van een
paard in te ontdekken.
De auto moet geparkeerd worden, want bij de vuurtoren kun je alleen
lopend of per fiets komen. In Marken zijn ze niet zo gesteld op
gemotoriseerd verkeer. Maar de wandeltocht naar het oostelijkste puntje
van het eiland is meer dan alleen een goede training voor de
beenspieren. Een beetje reisbureau zou dit verkopen als ”een ervaring”.
En een ervaring is het. Hoe stil kan het in een land met zo veel
inwoners op zo’n klein lapje grond nog zijn? Heel, héél stil.
Overal ijs. Zover het oog reikt. Het landschap is verstard. Alsof een
film plotseling is stilgezet. Geen golven, geen boten. Hier en daar is
er een donkere streep in de ijsvlakte. Een wak, een scheur. Water. Dat
maakt het zo verraderlijk. Omdat het wel een poolgebied lijkt, maar niet
is.
Vermaning
Bij de vuurtoren heeft de
vuurtorenwachter het weren van
het toestromende publiek
opgegeven. Het hek naar het
terrein om de toren staat
uitnodigend open. Wel zijn er
waarschuwingen niet op het ijs
te lopen. Maar hou dat maar eens
tegen. Hier, iets uit de kust
achter de vuurtoren, is namelijk
het epicentrum van het kruiend
ijs, dat hoog ligt opgestapeld.
Daar móéten foto’s genomen
worden en dan moet je wel even
een paar stappen op het ijs
zetten.
Als de vuurtorenwachter het
ziet, volgt een strenge
vermaning. „Ja, ja, snel een
plaatje schieten. Maar als je
onder het ijs schiet, dan hebben
we grote problemen”, meldt hij
bars. Om er direct achteraan te
mompelen: „Die problemen hebben
we hier trouwens toch al.”
Even blijft het publiek op de
kant. Maar als de torenwachter
weer achter het huis verdwijnt,
wordt het ijs snel weer betreden
voor een plaatje. Hoe vaak heb
je in dit kikkerland de kans om
dit tafereel op de gevoelige
plaat vast te leggen?
De lucht betrekt, de zon
verschuilt zich achter grijze
wolkenflarden. De sfeer vergrimt
en het voelt direct kouder. De
ijsvlakte oogt nog killer dan
daarnet. De natuur is mooi, maar
blijft in z’n extremen ten
diepste ongenadig voor een mens.
|
|