naar Marker Nieuws indexpagina
'Portret van een stad': Marken
Pentekening die Marken verbeeld. Beeld: Liza Koppenrade
 
Op bovenstaande tekening is het oude voormalige vissersdorp Marken afgebeeld, 'Mèreke' in het Markens dialect. Op het groene schiereilandje, voorheen eiland, vormen verschillende buurtschappen één idyllische leef- en woonplaats. In het beschermde stadsgezicht met karakteristieke houten huizen op palen, waant menig toerist zich in dé ansichtkaart van Noord-Holland. Marken is een kleine plek met een bijzondere geschiedenis. Van de eeuwenoude strijd met het water en kleurrijke klederdracht tot een nooit afgemaakt kanaal en een legendarische souvenirverkoopster. Herken jij alle 'Mèrekerse' kenmerken in het portret van Marken?
 
Ophaalbrug, Kerkbuurt en monniken
De geschreven geschiedenis van Marken begint in de dertiende eeuw, bij de norbertijner monniken van het klooster Mariëngaardt bij Hallum in Friesland. Deze monniken bouwden dijken en zorgden voor een afwateringssysteem. Marken lag in een drassig veengebied in Waterland en werd net als de andere dorpen en steden regelmatig geteisterd door de oprukkende Zuiderzee. Veel land ging verloren, maar Marken hield de voeten droog dankzij de norbertijner monniken. Maar wat is een monnik zonder klooster? In 1232 bouwden ze een houten kapel en later een bakstenen hallenkerk in de huidige Kerkbuurt van Marken. Tegenwoordig zie je hier onder andere een monumentaal witgeschilderd bruggetje, waar op de tekening één van de norbertijner monniken bij staat.
 
Paard van Marken
In zijn lange bestaan is het torencomplex keer op keer bedreigd door storm en kruiende schotsen ijs, maar het markante Paard van Marken straalt nog steeds. Zijn indrukwekkende verschijning is tot ver over de landsgrens beroemd en de meest gefotografeerde vuurtoren van Nederland. Na een primitief vuur op een stookplaat en een vierkante 'Suydersee Vuur Baken' met olielamp, werd de huidige ronde stenen vuurtoren in 1839 gebouwd, dit keer met een lichtwachterwoning, aanvankelijk los van de vuurtoren. Het regelmatig terugkerende kruiend ijs verwoestte deze woning in 1879 en in 1900. In de twintigste eeuw is de woning meermalen uitgebreid en verbouwd tot zijn huidige karakteristieke vorm, die doet denken aan een paard, vandaar 'Het paard'.
 
Klederdracht
De Marker dracht is meteen te herkennen. Het kleurrijke 'rijglijf', een soort korset dat rijkelijks is versierd met borduurwerk, is vooral typerend. De 'bauw', een fraai stukje stof dat ter versiering op de borst gedragen wordt, is tevens een belangrijk kenmerk van de klederdracht. Net als bij andere traditionele drachten is er een aangepast kostuum voor bijna elke gelegenheid, de een nog mooier dan de ander.
 
Sijtje Boes
Een van de beroemdste dragers van de Marker dracht is Sijtje Boes, Sijtje Vlasbloem-Boes. Deze onderneemster groeide in haar leven uit tot een legendarische souvenirverkoopster, die heeft bijgedragen aan Marken als toeristische attractie. Boes moest op jonge leeftijd al met haar zus Marretje er met een mand souvenirs op uit om geld te verdienen nadat het huis van de familie Boes tot de grond afbrandde. De verkoop beviel Sijtje wel en later bouwde ze een souvenirwinkeltje aan de Havendijk in Marken. Het succesvolle winkeltje kende een knus nagebouwd interieur van een typische Marker woning en groeide uit tot een niet te missen tussenstop voor dagjesmensen. Sijtje Boes' naam wordt tegenwoordig in één adem genoemd met toeristische attracties die draaien op de verkoop van souvenirs.
 
Goudriaankanaal
In het water staat Adrianus Franciscus Goudriaan in duur generaalskostuum uit de Napoleontische tijd. Hij was door Napoleon benoemd als Ridder in het Legioen van Eer voor de vele verdiensten in Nederland en werkte onder Willem I als Inspecteur-generaal van Waterstaat. Het water waar Goudriaan in staat is het nooit voltooide Goudriaankanaal door Waterland en Marken. Na twee jaar werkzaamheden werd de aanleg van deze strategische verbinding tussen Amsterdam en de Zuiderzee gestaakt. Het tracé van het kanaal kun je nog door Marken zien lopen. Goudriaan overleed in 1829, een jaar na het stoppen van de aanleg. Een kleine vijftig jaar later werd het Noordzeekanaal in gebruik genomen.
 

Bron: Oneindig Noord-Holland, donderdag 28 juli 2016

naar Marker Nieuws indexpagina