Verhoging AOW-leeftijd en overbrugging bij geen inkomen
 
De AOW-leeftijd is op 1 januari 2013 met één maand omhooggegaan, van 65 jaar naar 65 jaar + 1 maand. In de komende jaren gaat de AOW-leeftijd in stapjes omhoog naar 66 jaar in 2019 en 67 jaar in 2023. Vanaf 2024 wordt de AOW-leeftijd gekoppeld aan de levensverwachting.
Het huidige kabinet wil de AOW-leeftijd sneller verhogen: naar 66 jaar in 2018 en 67 jaar in 2021.

WAO, WIA, bijstand, Anw
Een WAO-, WIA-, bijstands-, of Anw-uitkering loopt door tot de AOW-leeftijd, Bijvoorbeeld: iemand wordt 65 jaar op 22 februari 2013. De AOW-leeftijd is 65 jaar en 1 maand. Hij krijgt dus AOW vanaf 22 maart 2013. De uitkering loopt door tot 22 maart 2013.

VUT/prepensioen
Of de VUT-uitkering/prepensioen nu doorloopt tot de AOW-leeftijd is afhankelijk van wat er in de cao is geregeld. Waarschijnlijk stopt de VUT-uitkering/prepensioen op de eerste dag van de maand waarin iemand 65 jaar wordt. Bijvoorbeeld: iemand wordt 65 jaar op 17 januari 2013. Zijn pre-pensioen stopt per 1 januari 2013. De AOW-leeftijd is 65 jaar en 1 maand. Hij krijgt dan AOW vanaf 17 februari 2013. 

Overbruggingsperiode

Hoe overbrugt iemand een periode waarin hij geen inkomen heeft?
Iemand wordt bijvoorbeeld 65 jaar op 23 april 2013. Het prepensioen stopt per 1 april 2013. Hij krijgt AOW vanaf 23 mei 2013. Hij heeft dus ruim anderhalve maand geen inkomen. Mogelijkheden om deze periode te overbruggen:
  • de periode zonder inkomen opvangen met eigen geld, bijvoorbeeld door spaargeld te gebruiken, of
  • indien geen geld , dan bijstandsuitkering aanvragen bij gemeente, of
  • voorschot op AOW door renteloze lening aan te vragen bij de Sociale Verzekeringsbank (SVB). De SVB betaalt de lening vanaf de 65e verjaardag. De lening loopt door tot de dag waarop iemand zijn AOW-leeftijd bereikt.
Leenbedrag
Het bedrag dat iemand kan lenen is afhankelijk van hoeveel AOW-pensioen men krijgt.
Dit hangt weer af van:
  • het aantal jaren dat iemand AOW heeft opgebouwd;
  • het inkomen van de partner (als de partner jonger is);
  • de woonsituatie (alleen of samenwonend).
In 2013 kan iemand 1 maandbedrag lenen. De lening moet men in 6 maanden terugbetalen. Hiervoor houdt SVB 6 maanden lang een bedrag in op het AOW-pensioen.
 
In 2014 is de AOW-leeftijd 65 jaar + 2 maanden. In dat jaar kan men 2 maandbedragen lenen. De lening moet dan in
12 maanden worden terugbetaald. Hiervoor houdt SVB 12 maanden lang een bedrag in op het AOW-pensioen.

In 2015 is de AOW-leeftijd 65 jaar + 3 maanden. In dat jaar kan iemand 3 maandbedragen lenen. De lening moet dan in 18 maanden worden terugbetaald. Hiervoor houdt SVB
18 maanden lang een bedrag in op het AOW-pensioen.

Mocht iemand overlijden voordat de lening is terugbetaald, dan vordert SVB de lening terug bij de nabestaanden. Na 2015 is géén geld meer te lenen.

Wie kan een lening krijgen?
Iedereen die dat wil kan een lening krijgen, maar vraag is of een lening echt nodig is. Als iemand werkt of een (bijstands)uitkering heeft dan heeft hij inkomen tot de datum waarop hij AOW krijgt. De lening is alleen een oplossing als iemand de periode voordat het AOW-pensioen ingaat geen inkomsten heeft en geen geld heeft om deze periode te overbruggen.
 
 Klik hier voor meer informatie
 
Bron : Pep Accounting, dinsdag 15 januari 2013

 ** PepMarken **  PepMarken ** PepMarken ** PepMarken ** PepMarken ** PepMarken ** PepMarken **  PepMarken ** PepMarken  **  PepMarken ** PepMarken **