|
Alle toeslagen op het inkomen worden vanaf 2015 gebundeld in één
zogenoemde huishoudentoeslag en de maximale arbeidskorting wordt
verhoogd met € 374 (van € 1.723 euro in 2013 naar € 2.097 in 2014). Dat
zijn twee maatregelen zoals die zijn terug te vinden in de begroting van
het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid.
Overzicht van de maatregelen in 2014 op het terrein van SZW
Het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW) stelt de
volgende maatregelen voor:
Het kabinet heeft 600 miljoen euro beschikbaar gesteld voor de
medefinanciering van plannen van werkgevers en werknemers die
bijdragen aan behoud van werk. Daarnaast wordt speciale aandacht
besteed aan de arbeidsmarktpositie van ouderen en jongeren.
Uit het Europees Sociaal Fonds (ESF) wordt € 30 miljoen extra
geïnvesteerd in de aanpak van jeugdwerkloosheid. Dit komt bovenop de
50 miljoen die voor dit doel al eerder was uitgetrokken.
Het kabinet trekt in 2014 € 80 miljoen extra uit voor de aanpak van
armoede en schulden. In 2015 en de jaren daarna reserveert het
kabinet hiervoor € 100 miljoen extra. Het belangrijkste doel is het
tegengaan van armoede onder gezinnen met kinderen, zodat ook deze
kinderen een goede start kunnen maken.
De bedragen in het kindgebonden budget worden bevroren. De bedragen
van de kinderbijslag worden stapsgewijs verlaagd naar die van de
jongste leeftijdscategorie. De eerste stap hiervoor wordt gezet per
1 juli 2014.
De tegemoetkoming voor arbeidsongeschikten (AO-tegemoetkoming) op
grond van de Wet Tegemoetkoming Chronisch Zieken en Gehandicapten (WTCG)
wordt verlaagd en gaat van € 342 netto per jaar naar € 247 netto per
jaar.
In 2014 bereiden het Rijk, de gemeenten, sociale partners en andere
organisaties de beoogde invoering van de Participatiewet per 1
januari 2015 voor. Deze wet biedt ondersteuning aan mensen met een
grotere afstand tot de arbeidsmarkt. Uitgangspunt is dat iedereen de
kans krijgt om volwaardig mee te doen in de samenleving, bij
voorkeur via een reguliere baan.
In 2014 komen de eerste 5000 banen beschikbaar voor mensen met een
arbeidsbeperking. Deze banen maken deel uit van de afspraken uit het
sociaal akkoord om 125.000 banen voor mensen met een
arbeidsbeperking beschikbaar te maken. Als er niet voldoende banen
worden gerealiseerd dan voert het kabinet alsnog een extra
wettelijke regeling in.
De AOW-leeftijd wordt stapsgewijs verhoogd naar 67 jaar om de AOW op
langere termijn betaalbaar te houden. Het wetsvoorstel waarin deze
leeftijdsverhoging is uitgewerkt wordt naar verwachting in het
voorjaar van 2014 bij de Tweede Kamer ingediend.
De regels met betrekking tot samenwonen worden eenvoudiger. Ouderen
die nog een eigen huis hebben waar ze ook de financiële lasten van
dragen gelden per 2015 per definitie als niet-samenwonend. Hierdoor
ontvangen zij de hogere AOW-uitkering voor alleenstaanden van 70%.
Het kabinet wil ervoor zorgen dat ons pensioenstelsel ook in de
toekomst bestand is tegen financiële klappen. Hierbij moeten de
belangen van zowel jong als oud goed zijn gewaarborgd.
Staatssecretaris Klijnsma stuurt nog dit jaar de nieuwe
pensioenregels in het zogenoemde Financieel Toetsingskader naar de
Tweede Kamer.
Toeslagen
Alle toeslagen op het inkomen worden vanaf 2015 gebundeld in één
zogenoemde huishoudentoeslag. In deze toeslag zit ook een
tegemoetkoming voor ouderen. Deze tegemoetkoming komt in plaats van
de huidige regeling voor ouderen (MKOB) en de fiscale
ouderenkortingen. De hoogte van de huishoudentoeslag is afhankelijk
van het vermogen, het inkomen en de AOW-opbouw. Gemiddeld gaan
ouderen er ongeveer € 25 per maand op achteruit. Ouderen met een
hoog inkomen en een groot vermogen gaan er meer op achteruit.
Ouderen met een laag inkomen blijven gelijk of gaan er zelfs op
vooruit.
Fiscale maatregelen voor werkenden
De maximale arbeidskorting wordt verhoogd met € 374 (van € 1.723
euro in 2013 naar € 2.097 in 2014). Tegelijkertijd wordt de
arbeidskorting voor inkomens vanaf € 81.000 verlaagd van € 550 naar
€ 367.
De algemene heffingskorting wordt verhoogd met € 99. Voor inkomens
boven € 20.000 wordt de algemene heffingskorting geleidelijk
verlaagd met maximaal € 740 bij een inkomen vanaf € 58.000.
|
|