Betere pensioenafspraken voor mensen met zware beroepen Maximaal drie jaar voor het bereiken van de AOW-leeftijd |
Het kabinet wil er samen met sociale partners voor zorgen
dat iedereen op een gezonde manier zijn pensioen haalt.
Bijvoorbeeld door omscholing naar lichter werk. Ook krijgen
mensen met zware beroepen de mogelijkheid om zelf eerder te
stoppen met werken. Bijvoorbeeld door extra verlof in te
zetten. Daarvoor trekt het kabinet de komende jaren 1
miljard uit en structureel 10 miljoen per jaar.
Afspraken voor vervroegd pensioen
Voor sommige beroepen is doorwerken tot de AOW-leeftijd te
zwaar. Daarom krijgen werkgevers en werknemers de komende
5 jaar de gelegenheid om afspraken te maken over vervroegd
pensioen. Werkgever en werknemers bepalen samen om welke
beroepen het gaat. Het kabinet helpt hierbij door de heffing
op vroegpensioen (RVU-heffing) aan te passen.
Uitkering voor vervroegd pensioen
Werkgevers mogen bij vervroegd pensioen
maximaal 3 jaar voor AOW-leeftijd
een uitkering aanbieden. Voor uitkeringen tot
ongeveer 19.000 per jaar hoeft geen RVU-heffing (RVU:
Regeling voor Vervroegde Uittreding) te worden betaald. Dit
bedrag is gekozen, omdat het overeenkomt met de netto AOW.
Het is voor de werknemer dan net of zijn AOW eerder ingaat.
Ook kan de werknemer ervoor kiezen om als aanvulling op de
uitkering, een deel ouderdomspensioen te laten uitkeren. Zo
is het ook voor werknemers met een lager inkomen mogelijk
om eerder te stoppen met werken. Dit wordt geregeld in een
wetsvoorstel. De verwachting is dat het voorstel voor
Prinsjesdag 2020 aan de Tweede Kamer wordt aangeboden. De
nieuwe wet
gaat waarschijnlijk vanaf
1 januari 2021 in.
Vervroegd uittreden: sector bepaalt
De overheid bepaalt niet wat zwaar werk is.
Zwaar werk is
voor iedereen anders. Alle sectoren kunnen subsidie aanvragen voor duurzame inzetbaarheid en voor eerder uittreden. Elke sector geeft zelf aan voor wie een regeling voor eerder uittreden bedoeld is. Dit is dan een specifieke groep werkenden in die sector waarvoor doorwerken tot de AOW-leeftijd te zwaar is. Duurzame inzetbaarheid bij zwaar werk Mensen met zware beroepen moeten zelf het laatste deel van hun loopbaan kunnen inrichten. Hiervoor bestaan mogelijkheden zoals: eerder stoppen met werken; geleidelijk stoppen met werken, bijvoorbeeld door deeltijdpensioen; een generatiepact (een vorm van arbeidsduurverkorting voor oudere werknemers); pensioen eerder in te laten gaan. Hier is subsidiegeld voor beschikbaar. Er kan ook subsidie aangevraagd worden voor financi๋le adviesgesprekken. In een gesprek krijgen oudere werknemers inzicht in hun situatie en mogelijkheden. Dit helpt om keuzes te maken. |
RVU-drempelvrijstelling (bijlage bij wetvoorstel) | Stoppen met werken stuk eenvoudiger |
RVU = Regeling voor Vervroegde Uittreding | Noordhollands Dagblad, vrijdag 4 december 2020 |
WAT ZIJN DE SPELREGELS OM VERVROEGD TE STOPPEN? 1. Maximaal drie jaar voor het bereiken van de AOW-leeftijd. 2. Per jaar ontvangt werknemer bruto maximaal 21.204 (3 jaar is 63.612). Hierover moet hij inkomstenbelasting betalen. 3. Als het bedrag, uit te betalen ineens of in maandelijkse termijnen, hoger is dan 21.204 moet de werkgever over die extra som geld een boete aan de Belastingdienst betalen van 52% 4. Werknemers kunnen het aantal opgebouwde verlofdagen uitbreiden van 50 tot 100 weken zonder fiscale nadelen voor de werkgever. Daardoor kunnen ze twee in plaats van ้้n jaar eerder stoppen. In die periode blijven ze in dienst van de werkgever. Jongeren kunnen hiervan gebruikmaken voor tussentijds verlof. 5. Vanaf 2022 mag een werknemer op het moment van pensionering maximaal 10% van de totale pensioenaanspraken in ้้n keer laten uitkeren. Bijvoorbeeld om schulden af te lossen, een huis te kopen, te verbouwen of een wereldreis te maken. Het maandelijkse pensioen daarna wordt lager. 6. De verruimde mogelijkheid voor vervroegde uittreding moet in de cao staan. Maar ook kunnen werknemer en werkgever hier samen afspraken over maken. 7. De regels gelden voorlopig toten met 2025. | ||
VOORBEELD BEREKENINGEN 1. Stop je ้้n jaar voor de AOW-datum, dan mag de werkgever boetevrij maximaal 12 x 1767 bruto (totaal 21.204) meegeven. 2. Stop je drie jaar voor de AOW-datum, dan is dat 36 x 1767 bruto ( 63.612). 3. Stop je vier jaar voor de AOW-datum, dan mag de werkgever nog steeds maximaal 63.612 boetevrij meegeven. Over alles wat extra wordt uitgekeerd moet hij/zij 52% boete betalen (de zogeheten RVU-boete. 4. Stop je twee jaar voor de AOW-datum en je ontvangt een bedrag ineens van bruto 60.000, dan is de vrijstelling 24 x 1767 = 42.408. Over het meerdere, 17.592, moet de werkgever de boete betalen. Als het bedrag over 24 maanden wordt uitgesmeerd geldt dat ook. | ||
'Wet bedrag ineens, RVU en verlofsparen' in Staten Generaal Dit voorstel wijzigt een aantal wetten en bevat maatregelen waarover in het pensioenakkoord (TK 32.043, nr. 457) afspraken zijn gemaakt om meer maatwerk mogelijk te maken in het arbeidsvoorwaardelijk pensioen. Het voorstel (EK, A) is op dinsdag 17 november 2020 met algemene stemmen aangenomen door de Tweede Kamer. De Eerste Kamercommissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW) heeft op donderdag 3 december 2020 het voorlopig verslag (EK, B) uitgebracht en wacht op de memorie van antwoord. De minister en de staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid hebben de Eerste Kamer bij brief van 30 oktober 2020 (EK 35.570 XV, C) verzocht dit wetsvoorstel zo spoedig mogelijk te behandelen. De Eerste Kamercommissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW) heeft deze brief op vrijdag 3 november 2020 voor kennisgeving aangenomen. Als dit wetsvoorstel de Kamer tijdig heeft bereikt wil de commissie zich inspannen het voorstel voor het aanstaande kerstreces te behandelen. |
Bron : Rijksoverheid, vrijdag 4 december 2020 |
** PepMarken ** PepMarken ** PepMarken ** PepMarken ** PepMarken ** PepMarken ** PepMarken ** PepMarken ** PepMarken ** PepMarken ** PepMarken **